De opstand van de massamens (1930) José Ortega y Gasset
- Wouter Vanderstraeten
- 20 mrt 2024
- 12 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 20 feb
José Ortega y Gasset (1883-1955) was een Spaanse filosoof, essayist en schrijver. Hij wordt beschouwd als een van de belangrijkste Spaanse intellectuelen van de 20e eeuw. Ortega y Gasset werd geboren in Madrid in een familie van intellectuelen en groeide op in een omgeving die doordrenkt was van cultuur en politiek bewustzijn.
Spanje werd in het begin van de 20e eeuw getergd werd door spanningen en politieke desintegratie. Het Spaanse rijk was tien jaar eerder definitief gebroken nadat het de laatste Amerikaanse koloniën had verloren, en binnen Spanje zelf ontstonden veel interne strubbelingen. Het socialisme won aan invloed, waarop een fascistische tegenreactie werd aangewakkerd. In de jaren '20 vestigde generaal Miguel Prima de Rivera een militaire dictatuur in het land, geïnspireerd door het fascisme van Benito Mussolini in Italië.
In de context van deze oprukkende collectivistische ideologieën in Spanje en de rest van Europa publiceerde Ortega y Gasset zijn belangrijkste werk: La rebelión de las masas (1930). Het boek onderzoekt de opkomst van een nieuw sociaal fenomeen: de opkomst van de 'massamens' in de moderne samenleving. Een boek van bijna een eeuw oud en het lijkt wel of het vandaag geschreven is. Ik heb getracht de verschillende hoofdstukken tot een leesbaar geheel samen te vatten.
José Ortega y Gasset stelt vast dat de opkomst van de massa een toenemende invloed heeft op de politieke macht en dus op het maatschappelijk leven (het intellectuele, morele, economische en religieuze leven). De macht van de massa werkt door in alle maatschappelijke gewoonten en heeft bezit genomen van de openbare ruimte. Ortega y Gasset maakt een analogie met de Griekse tragedie en komt tot de conclusie dat er geen hoofdrolspelers meer zijn, alleen nog het koor.
Wie is de massamens?
Belangrijk is om op te merken dat de massa niet vanzelfsprekend gelijk staat aan de "arbeidersklasse". Het is dus geen opdeling op basis van sociale klasse, maar wel in selecte minderheden en de massa. Deze 2 groepen vormen de dynamische eenheid om tot een goede samenleving te komen. Waarbij de massa de "gemiddelde mens" is en de selecte minderheden hogere eisen aan zichzelf stellen en zich graag onderscheiden. Een massamens kan best kwaliteiten en talenten hebben, maar zijn levenshouding staat het benutten ervan in de weg.
Een leerkracht kan zich aan zijn basistaken houden en verder geen bijdrage leveren en dus een onderdeel vormen van de massa. Terwijl een arbeider die naast zijn functie een maatschappelijke taak opneemt tot een selecte minderheid kan behoren.
Het onderscheid hangt af van de eigen beslissing om jezelf kritisch te bevragen. Wanneer je jezelf ontwikkelt, of op zijn minst jezelf afvraagt of ontwikkeling mogelijk is, ben je volgens José Ortega y Gasset al geen massamens meer. Die eigen gedachte over ontwikkeling markeert het kantelpunt tussen massamens en individu. Kritische zelfanalyse hebben we nodig om onszelf waardevol te kunnen ontplooien.
De massamens is eerder onbescheiden, gedachteloos, weinig zelfkritisch. De massamens voelt zich volmaakt en kent geen twijfel. Nietzsche, één van zijn inspiratiebronnen, had vijftig jaar eerder de ‘massamens’ beschreven als de ‘laatste mens'. De laatste mens wordt niet meer gedreven door grote idealen. De laatste mens stijgt niet meer boven zichzelf uit.
Zie, ik toon u de laatste mens. ”Wat is liefde? Wat is schepping? Wat is verlangen? Wat is ster?” – zo vraagt de laatste mens met een knipoog. De aarde is dan klein geworden, en daarop huppelt de laatste mens, die alles klein maakt. Zijn soort is even onuitroeibaar als de aardvlo; de laatste mens leeft het langst.
‘Wij hebben het geluk uitgevonden’ – zeggen met een knipoog de laatste mensen. Zij hebben de oorden verlaten waar het leven hard was: want men heeft behoefte aan warmte. Men heeft zijn naaste nog lief en schurkt zich tegen hem: want men heeft behoefte aan warmte. Ziek worden en achterdochtig zijn merken ze aan als zondig: men loopt behoedzaam voort. Een dwaas die nog struikelt over stenen of mensen! Een weinig gif af en toe: dat geeft aangename dromen. En veel gif op het laatst, voor een aangenaam sterven. Men werkt nog, want arbeid is tijdverdrijf. Maar men past op dat het tijdverdrijf niet vermoeit. Men wordt niet meer arm en rijk: beide zijn te bezwaarlijk. Wie wil nog regeren? Wie nog gehoorzamen? Beide zijn te bezwaarlijk. Geen herder en één kudde! Iedereen wil hetzelfde, iedereen is gelijk: wie anders voelt, gaat vrijwillig naar het gekkenhuis. ‘Vroeger was iedereen in de war’- zeggen met een knipoog de fijnsten. Men is schrander en weet alles wat is voorgevallen: zo kan men eindeloos spotten. Men maakt nog ruzie, maar men verzoent zich vlug – anders bederft het de maag. Men heeft zijn pretje voor de dag en zijn pretje voor de nacht: maar men houdt de gezondheid in ere. ‘Wij hebben het geluk uitgevonden’- zeggen met een knipoog de laatste mensen.
– Zo Sprak Zarathoestra, Friedrich Nietzsche, Proloog – 4
Ortega y Gasset bouwt hier op verder met de vergelijking tussen de dwaas en de wijze. De wijze is zich ervan bewust dat dwaasheid en wijsheid dicht bij elkaar liggen waardoor twijfel, nuance kostbare goeden zijn. De massamens omarmt de dwaasheid. Vanuit zijn eigen onvolkomenheid ontbreekt het aan introspectie en zelfreflectie. Dwaasheid mag echter niet gelijk gesteld worden aan domheid. De massamens bedient zich evengoed van alle mogelijke culturele en intellectuele uitingen.
De schijnbaar onbeperkte mogelijkheden lijken tot een radicale ondankbaarheid te leiden. De bekende psychologie van het verwende kind. De enige aanvaarde autoriteit is de eigen autoriteit. Wanneer we minder op mogelijke grenzen stuiten, staan we minder open voor autoriteit en kan dit enkel nog door dwang en meer repressie worden afgedwongen.
Daartegenover staat dat de massamens er niet voor terugschrikt om directe actie, zelfs geweld, toe te passen als strategie om de eigen denkbeelden door te drukken. De reden voor dat geweld zoekt Ortega in de gesloten ziel, met andere woorden de frustratie, het ressentiment, rancune, kortom de boosheid. Het toegeven aan geweld is toegeven aan barbarij, aan extremisme en leidt tot een samenleving die bestaat uit verschillende groepen die elkaar vijandig gezind zijn.

De massamens als exponent van de verhoging van het historische levenspeil
De bevolkingstoename is één van de grootste prestaties van de 19e eeuw. Vanaf 1800 is die groei exponentieel en in belangrijke mate was die groei er in de 19e eeuw in Europa.
Naast de grote toename is ook het levenspeil enorm verhoogd. Rond 1900 begint ook het leven van arbeiders langzaam te verbeteren. Dit heeft voor een hoge mate van comfort gezorgd voor een steeds groter deel van de bevolking. Dit comfort is niet enkel materieel, maar uit zich ook op juridisch en sociaal vlak. Deze toename van het levenspeil is op zich positief en kan gezien worden als een enorme prestatie van de mensheid. Daartegenover staat dat het een complete maatschappelijke omwenteling heeft veroorzaakt. Voorheen was de wereld zelfs voor de rijken een plek waar armoede, moeilijkheden en gevaar op de loer lagen. Nu is er voor een steeds groter deel van de bevolking ongelimiteerde overvloed.
Dit succes kan volgens Ortega y Gasset toegeschreven worden aan twee principes: de liberale democratie en technologie. Die enorme prestatie van maatschappelijke vooruitgang is het resultaat van een samenleving met een sterk vooruitgangsgeloof. Door dit als vanzelfsprekend te beschouwen, ontstaat het gevaar dat de massamens, die het product van deze twee principes is, deze principes naast zich neerlegt en zich ervan afkeert. Dit uit zich bijvoorbeeld op het intellectuele vlak doordat een intellectueel die jaren op een onderwerp heeft gestudeerd zich steeds meer bewust wordt van het oordeel van de gemiddelde lezer. Die lezer die klaarstaat om de expert te veroordelen als hij iets schrijft dat niet strookt met de eigen opvattingen.
Het gevaar van massabewegingen is dat andersdenkenden, de selecte minderheden, opzij worden geschoven. Daarmee gaat nuance en subtiliteit verloren, zaken die onontbeerlijk zijn voor de complexe opgave om ons huidig beschavingspeil te handhaven. In de analyse die Ortega y Gasset maakt, is het voor hem evident dat met de groeiende macht van de massamens de totalitaire bewegingen van zijn tijd (fascisme, nazisme, bolsjewisme) weldra de totale macht kunnen en zullen grijpen. De voornaamste karakteristiek van de massamens is heel treffend: uiteindelijk wil hij de vrijheid niet.
Beide, bolsjewisme en fascisme, zijn bedriegelijke morgenstonden; zij brengen niet de morgen van de volgende dag, maar de morgen van een lang-verleden dag
José Ortega y Gasset
"De massa wint terrein!"
Hegel
"Ik zie de stormvloed van het nihilisme opkomen!"
Nietzsche
De liberale democratie
Ortega y Gasset is in de eerste plaats een liberaal denker die wijst op de grote waarde van het principe van de democratie gekoppeld aan wetenschappelijk onderzoek en industrialisatie. Deze staatsvorm moet gebaseerd zijn op individuele vrijheid met de wens om rekening te houden met minderheden en kan slechts bestaan bij de gratie van een vitale oppositie.
Toch ziet hij een groot gevaar in een te grote drang naar democratisering. Wanneer het democratisch principe op elk vlak wordt doorgedreven (kunst, religie, gewoonten, gevoelens,...) ontstaat er een ontaarde democratie die de centrale waarden van de liberale democratie zal ondergraven.
Elke tijd heeft een bepaald niveau. De tijd van José Ortega y Gasset kenmerkt zich net als de onze als een tijd waarin veel wensen en idealen in vervulling zijn gegaan. Steeds meer mensen kunnen voldoen in hun basisbehoeften of hebben dat niveau reeds lang overstegen. Het leven is geglobaliseerd en de mogelijkheden voor de huidige mens zijn nagenoeg onbeperkt. Het leven, ooit vol met gevaren en onvolkomenheden, heeft de baan vrijgemaakt voor een wereld met schijnbaar onuitputtelijke mogelijkheden.
Deze vooruitgang, gekenmerkt door de opkomst van de massamens, is op zich positief. Alleen dreigt overmoed en zien we onze tijd als verheven en onafhankelijk van de geschiedenis alsof onze tijd niet het product is van een eeuwenlange ontwikkeling.
Wanneer de macht van die massa toeneemt en steeds directer een impact heeft op het maatschappelijk leven ontstaat de hyperdemocratie. Daarnaast leidt het toepassen van het democratische gelijkheidsideaal op de gehele samenleving tot een "verplatting" van die samenleving. Wij zijn tot op zekere hoogte wat de wereld van ons vraagt. Het streven naar een dienstbaar en nobel leven heeft plaats gemaakt voor een gezapig leven waarin het eigene centraal staat. Het doorgedreven democratische gelijkheidsideaal gaat daarmee voorbij aan één van haar initiële streefdoelen: het verlangen om de onderklasse te verheffen uit haar ellendige omstandigheden.
"Gezapig leven is vulgair, de edele man richt zich naar orde en wet"
Goethe
De rechtvaardigheidsfanaat
Sinds de verlichting en de Franse Revolutie is er een sterke evolutie gekomen naar gelijke rechten van de mens en de burger. Die gelijke rechten zijn het verheven doel van de democratie, maar dreigen te veranderen van dromen en idealen naar begeerten en onbewuste aannames. Het toenemend levenspeil doet de roep om verdere nivellering toenemen. Alles moet bereikbaar zijn voor iedereen. Dit mag echter niet gelijk staan aan alles tot "recht" te verklaren voor iedereen. Het hogere verliest zijn status enkel en alleen omdat het hoog is, terwijl het lage of platvloerse vrije baan krijgt. Ortega y Gasset waarschuwt daarbij voor de rechtvaardigheidsfanaat. Een persoon die gelijkheid op elk vlak wil nastreven en via de wet ook gelijkheid wil afdwingen op terreinen die gekenmerkt worden door een fundamentele ongelijkheid tussen mensen.
Wie boos wordt als hij ziet dat gelijke mensen ongelijk worden behandeld, maar niet als ongelijke mensen gelijk worden behandeld is geen rechtgeaarde democraat, maar een plebejer.
José Ortega y Gasset
Het streven van de rechtvaardigheidsfanaat brengt ook de eigen geschiedenis ter discussie. Elke revolutie heeft de neiging om een radicale breuk te maken met het verleden en ontneemt de mens een fundamenteel recht: het recht op continuïteit. Het is een illusie te denken dat de mens volledig opnieuw kan beginnen. De mens in tegenstelling tot andere diersoorten verzamelt en bewaart zijn verleden. De mens kan zich het verleden herinneren en bouwt zo verder op de verwezenlijkingen én op de fouten van de vorige mensen. Ortega y Gasset omschrijft de ware schat van de mens als de schat van zijn dwalingen, het grote reservoir aan vitale ervaringen doorheen duizenden jaren. Een samenleving die zich afkeert van zijn geschiedenis snijdt zijn eigen wortels door. Ook hier legt Ortega y Gasset een link met Nietzsche. Nietzsche omschrijft zijn Übermensch als het wezen met het grootste geheugen.
Het streven naar totale gelijkheid en het verwerpen van elke vorm van privileges leidt tot ressentiment en maakt een democratie ziek. Een begrip dat de auteur ontleend aan Nietzsche. Ressentiment kan worden omschreven als een diepgeworteld gevoel van wrok en wraakzucht tegen degenen die als superieur worden beschouwd. Nietzsche zag ressentiment als een gevolg van onderdrukking, waarbij degenen die machteloos zijn of zich minderwaardig voelen, hun gevoelens van inferioriteit omzetten in een vorm van wraakzuchtige moraliteit. Voor Nietzsche was ressentiment een belangrijke drijvende kracht achter de opkomst van traditionele morele systemen, met name die van het christendom, waarin deugden zoals nederigheid en mededogen werden geprezen ten koste van eigenschappen die traditioneel als nobel werden beschouwd. Hij betoogde dat het overwinnen van ressentiment een cruciale stap was naar het bereiken van een authentieke en krachtige vorm van menselijkheid.
Omstandigheid en keuze
Ressentiment zou door Ortega y Gasset als een zwaktebod worden beschouwd. Het leven van de moderne mens bevat twee essentiële bestandsdelen: omstandigheid en keuze.
De omstandigheid is dat deel van het leven dat ons wordt gegeven. Groei je op in een arm, bemiddeld of rijk gezin. Heb je betrokken ouders of sta je er alleen voor.
Naast die omstandigheden hebben we als moderne mens echter de keuze om te handelen. Ook jouw omstandigheid gewoon aanvaarden én niet handelen is een keuze. De wil om keuzes te maken, het karakter zijn zeer bepalende factoren in het leven van de moderne mens. Het vermogen om bewust keuzes te maken en verantwoordelijkheid te nemen voor die keuzes is essentieel voor het realiseren van een vervuld en authentiek leven.
Ik ben mijzelf en mijn omstandigheid, en als ik hem niet kan redden -mijn omstandigheid-, dan kan ik mezelf niet redden.
José Ortega y Gasset
Wat geldt op individueel niveau geldt ook voor het collectieve leven. De keuze van de samenlevingsvorm wordt mee bepaald door het karakter van de gemeenschap, door het dominante menstype. De maatschappij heeft de massamens gecreëerd en op zijn beurt zet die massamens druk op de autoriteiten. Dat samenspel levert regeringen zonder duidelijke visie op de toekomst met vooral een focus op het nu, het ontwijken van dringende problemen, de eigen carrière vooropstellen. Beslissingen voor langere termijn worden steeds moeilijker waardoor problemen steeds groter worden.
De kern van de zaak
“De kern van de zaak is als volgt: Europa heeft geen moraal meer. Het is niet dat de
massamens een oude en versleten moraal verwerpt om een nieuwe te kunnen omarmen.
Nee, zijn hele wezen is doordrongen van het verlangen om te leven zonder zich te
conformeren aan welke moraal dan ook.”
“Dit menstype is namelijk geen representant van een nieuwe beschaving die de oude
probeert te verdringen, maar vertegenwoordigt een ontkenning van de beschaving; een
ontkenning die een parasitair karakter verhult. Want de massamens leeft nog altijd van de
beschaving die hij verwerpt, maar die is opgebouwd en verworven door anderen.”
José Ortega y Gasset
Het probleem dat Ortega y Gasset benoemt als kern van de zaak is dat er geen gedeelde moraal meer is. Dat is een probleem op het niveau van de individuele mens, maar ook een probleem van de staat en van Europa. Hij was daarom een groot voorstander van een verenigd Europa als gezamenlijk project.
Het is voor Ortega y Gasset duidelijk dat we nooit terug kunnen, maar dat vooruit ook niet als vanzelf vooruitgang impliceert. Dat werd snel duidelijk. Europa werd zwaar getroffen door een tweede wereldoorlog en in Spanje kwam een dictatuur tot stand die duurde tot 1975. Ook vandaag de dag voelen we aan dat we leven in een tijd vol breuklijnen. De economie bood enige tijd een enorme welvaart en maakte daarmee voor de massamens een consumentisme mogelijk dat iedere vorm van ongerustheid of verzet smoorde.
We moeten ons bewust zijn dat deze welvaart niet vanzelfsprekend is en deze democratie niet eeuwig en natuurlijk is van karakter. Het economisch systeem kraakt in zijn voegen, de welvaart wordt ook opgeëist door landen die voorheen slechts onze westerse welvaart mogelijk maakten. Oorlogen maken dat hele bevolkingen op drift raken en de natuur, in de vorm waar wij van afhankelijk zijn, dreigt onder onze bevolkingsgroei en productiewijze te bezwijken.
De massamens zit in elk van ons. In plaats van simpelweg de opkomst van de massamens te veroordelen, benadrukte Ortega y Gasset ook het belang van educatie en culturele verheffing om individuen te helpen zichzelf te overstijgen en een meer verfijnde en diepgaande kijk op het leven te ontwikkelen. Elke tijd eist zijn eigen uitwegen. Absolute antwoorden zijn er niet. Elke generatie kan eigenlijk niets anders doen dan de conclusies van vorige generaties bij te stellen. Hij geloofde dat het noodzakelijk was om een samenleving te creëren die individuele vrijheid en diversiteit waardeert, in plaats van te streven naar uniformiteit en conformisme.
Het laatste woord is voor de vertaler
Vertaler Diederik Boomsma merkt in zijn toelichting (De Groene Amsterdammer van mei 2015) terecht op:
‘Als alles kan, moet alles ook kunnen. In plaats van dankbaarheid voor alles wat meevalt dreigt dan juist chagrijn over alles wat tegenzit.’
Zie hier ook weer de gelijkenis met het verwende kind van Ortega y Gasset. Boomsma sluit zijn toelichting ook zeer treffend af:
‘Het verhaal van Ortega y Gasset is het verhaal van Plato, van Tocqqueville, en vele anderen. Vrijheid, gelijkheid en broederschap zijn belangrijk, maar hiërarchie, autoriteit en discipline ook. Het is aan elke generatie om die tijdloze waarheden opnieuw op te diepen en te verinnerlijken.’
Comments