top of page

Après la pluie

In juli 2021 werd België opgeschrikt door een natuurramp van ongeziene omvang. De overstromingen in Wallonië, vooral in de Vesdervallei, lieten een spoor van vernieling na. Wat begon als een zomerstorm, eindigde in een tragedie die levens verwoestte, huizen wegspoelde en gemeenschappen ontwrichtte. De beelden waren hartverscheurend. Maar wat me het meest bijbleef, waren niet de beelden op het nieuws — het waren de mensen die ik later zelf ontmoette.


In de kerstperiode van 2021 voelde ik de drang om iets te doen. Eerst verzamelde ik hulpgoederen: verwarmingsapparaten, warme kledij, voeding, houtpellets, klein elektro. Dankzij de gulheid van velen kon ik die spullen bezorgen aan mensen die ze écht nodig hadden. In februari trok ik zelf naar het rampgebied, samen met Jan en Tim en later met Niels. Het eerste bezoek hadden we van alles mee, een grote bestelwagen vol. Voor een school hadden we Wat ik daar zag, raakte me diep. Dit was mijn impressie van ons eerste bezoek aan het rampgebied.


Zondag 6 februari 2022

De regen valt met bakken uit de lucht. Op de radio wordt er gewaarschuwd voor code oranje. De Vesder stijgt. Samen zijn wij reeds een aantal uur onderweg met hulpgoederen voor de mensen die getroffen zijn door de zware overstromingen van deze zomer. Op weg naar het gebied vragen we ons af wat ons te wachten staat. Een rampgebied is iets dat je kent van foto's in de krant of beelden op het nieuws...

Onze eerste halte is een kleuter- en basisschool in Dolhain, deelgemeente van Limbourg aan de oever van de Vesder. Daar hebben we afgesproken met Caroline Boniver om onder meer warme kledij, koekjes, pannenkoeken en chocomelk te doneren voor de kinderen van de school. Caroline is het typevoorbeeld van een juf met een hart voor haar school en de gemeenschap errond. Ze vraagt ons om de goederen in de keuken te leggen. Daar wordt voor de eerste keer duidelijk hoe de rivier heeft huisgehouden. Het water stond hier tot twee en een halve meter hoog. De keuken en de aanpalende refter zijn herschapen in een ruwbouw. De koelkast is quasi het enige toestel dat er staat en nog min of meer dienstdoet. Caroline neemt ons ook even mee naar de ruimte die ooit een mooie turnzaal moet geweest zijn. Twee dames halen materiaal op – elektrische toestellen, stoelen, kledij, … – en vertellen kort hun verhaal. Meer en meer wordt duidelijk wat een verschrikking het water moet geweest zijn. Eén noodlottige dag en nacht heeft een enorme tol geëist.

We zetten onze weg verder en delen zakken houtpellets uit aan mensen in de straten rondom de school. Verwarmen met pellets is vaak de enige optie. Verwarmingsinstallaties zijn onbruikbaar, elektriciteit is onbetaalbaar en de meesten hun houtvoorraad is ofwel weggespoeld ofwel doornat… Een glimp in de huizen toont de ravage en dan terug die verhalen...

Op naar onze laatste afspraak. Op naar Pépinster. Langs de Vesder zijn er overal werkzaamheden, overal afval, overal huizen die door de kracht van het water hun functie en hun bewoners hebben verloren. Het centrum van Pépinster biedt onder de gutsende regen een troosteloze aanblik. Huizen en winkels zijn dichtgetimmerd. Opvallend is dan weer wel dat er hier en daar garages met blinkende wagens in de etalage er onberispelijk uitzien... We bezorgen er de laatste goederen. Het gaat hier om basisproducten die voor ons zeer banaal lijken, maar aantonen hoe groot de nood is.

Het is reeds 4 uur in de namiddag. We zijn moe, doornat en hebben honger. Het restaurant "Aux ambassadeurs" in Limbourg lijkt ons een geschikt adres om even uit te blazen. Het restaurant is leeg, maar de kachel brandt en er klinkt jazz. We zitten goed. De ontvangst verloopt eerst wat aarzelend, maar wanneer we vertellen wat ons naar hier gebracht heeft, ontstaat er een aangenaam gesprek met de vrouw des huizes. Ook haar relaas van die noodlottige dag in juli is beklijvend. De dame vertelt hoe ze samen met haar man een bakkerij had beneden in het dorp. Ze combineerden dit met het restaurant. Op die noodlottige dag waren ze vol goede moed het water aan het wegtrekken en wegpompen uit de bakkerij. Tot op het moment dat het water zienderogen begon te stijgen en ze halsoverkop op de vlucht sloegen. Waarna het water alles heeft verzwolgen. Sindsdien zijn ze geen bakkers meer.

Met een gemoed dat moeilijk te peilen is, vertrekken we weer huiswaarts. Een rit van twee uur en een half met allemaal een hoofd boordevol indrukken. We nemen afscheid. Thuiskomen in een warm huis met lekker eten en mensen die je graag ziet. Zo gewoon, maar na zo’n dag toch zeer bijzonder.



Bij ons tweede bezoek maakten we kennis met Team Éclairs. Dit was mijn impressie van deze ervaring.


Maart 2022

Team Éclairs is een vrijwilligersgroep die zich onvermoeibaar inzet om Trooz en de omliggende regio te helpen heropbouwen. Elke zaterdag zakken ze af naar kerk van het zwaar getroffen Trooz, gewapend met werkmateriaal, moed en vooral een groot hart. Wij brachten hen gereedschap en werkmateriaal. Een kleine steun in verhouding tot wat zij betekenen voor de lokale gemeenschap.

Wat ons trof, was hun ongelooflijke daadkracht. Geen grote woorden, wel concrete daden. Huizen strippen, vloeren uitbreken, vochtige muren behandelen, maar ook er gewoon zijn voor de mensen. Telkens opnieuw, week na week. En dat allemaal in hun vrije tijd, zonder grote middelen, maar met een overvloed aan solidariteit en menselijkheid. Team Éclairs bewijst dat echte hulp niet in structuren zit, maar in mensen die niet wegkijken. Ze waren – en zijn – een lichtpunt in een periode van troosteloosheid. Bekijk hieronder een mooie getuigenis over hoe zij echt het verschil maken voor gewone mensen.


De documentaire Après la pluie (2024) brengt diezelfde realiteit pijnlijk helder in beeld. De film toont hoe de ramp niet eindigde toen het water zich terugtrok. Integendeel: voor velen begon toen pas de echte strijd. Een vrouw van 73 woont nog steeds op de bovenverdieping van haar huis. Anderen werden opgelicht door malafide aannemers. De overheid? Afwezig of traag. De documentaire legt de vinger op de wonde: structurele fouten, politieke inertie en een schrijnend gebrek aan langetermijnvisie.

Wat me trof, was hoe herkenbaar de verhalen waren. De mensen in de film hadden net zo goed diegenen kunnen zijn die ik ontmoette. Dezelfde moed, dezelfde wanhoop, dezelfde hoop.

ree

De overstromingen van 2021 waren geen toeval. Ze waren een waarschuwing. Over klimaatverandering. Over hoe we onze rivieren beheren. Over hoe kwetsbaar onze infrastructuur is. Maar ook over hoe sterk mensen kunnen zijn. Hoe solidariteit opbloeit in de donkerste momenten.

Mijn bezoek aan het rampgebied leerde me dat hulp niet altijd groots hoeft te zijn. Een zak houtpellets, een warme jas, een luisterend oor — het maakt een verschil. De documentaire bevestigt dat: het zijn de kleine daden van menselijkheid die blijven hangen.


Na de regen komt stilte, maar ook reflectie en hopelijk verandering.

Laten we niet vergeten wat er gebeurd is. Niet alleen om de slachtoffers te eren, maar ook om beter voorbereid te zijn op wat nog komt. Laat ons ook de solidariteit en de weerbaarheid niet vergeten.


ree

 
 
 

Opmerkingen


bottom of page